Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want het is een dag [16]van beroering, en van vertreding, en van verwarring [17]van den Heere, den HEERE der heirscharen, in [18]het dal des gezicht, [19][een dag] van ontmuring [20]des muurs, en [21]van geschreeuw naar het gebergte toe. 16. Of, van getummel, van gedruis, of van gekwel; dat is, een tijd in welken mijn volk van zijne vijanden gekweld en beroerd wordt. Zie 2 Kon.19:3. 17. Dat is, welke God de Heere als een rechtvaardig Rechter door verslagenheid, vanwege der vijanden inval, over hen zal doen komen. 18. Zie boven vs.1. 19. Dat is, een dag, die de muren verbreken zal. 20. Of, der muren; te weten der vaste steden in Juda; 2 Kon.18:13. 21. Alsof hij zeide: De Joden zullen een ijselijk geschrei maken, lopende naar de bergen, om zich aldaar te verbergen voor hunne vijanden.